Voorkom ongelukken, met eenvoudige hand- en armseinen
“Met gebaren communiceren op projectlocaties, dat voelt alsof je op Schiphol de landing begeleidt.” Pieter Visser, manager advies bij Aboma en doorgewinterd veiligheidskundige hoort dit vaak terug. Terwijl hand- en armseinen soms de enige manier is om goed te communiceren tussen kraanmachinist en rigger of aanpikker. Daarom pleit hij ervoor om anders naar gebaren te kijken. Hij legt uit wat hun waarde is vergeleken met de porto en camera.
“Toen ik nog kleur in mijn haren had en werkte als veiligheidskundige waren gebaren gemeengoed en hing er in elke schaftkeet wel een poster over,” blikt Pieter terug. “Een kraanmachinist had iemand nodig om ervoor te zorgen dat zijn last niets raakte. En hij kon alleen communiceren met diegene via gebaren. Iedereen kende die hand- en armseinen, ook internationaal. Werkte fantastisch. Nu hebben we portofoons en camera’s die voor je gevoel die gebaren overbodig maken. Maar niets is minder waar.”
Kun je compleet vertrouwen op de porto en camera?
Dat is de vraag die Pieter je graag voorlegt. “Ik zie zo vaak de tekortkomingen van die nieuwe middelen en er gebeuren veel ongelukken of bijna-ongelukken doordat de communicatie niet goed verloopt. Wat doe je bijvoorbeeld als machinist wanneer de aanpikker geen Nederlands spreekt door de porto? Met alleen camerabeeld kun je niet precies zien of de last één meter of twee meter boven de grond zweeft. De reactie ‘iedereen moet gewoon Nederlands kunnen’ begrijp ik wel, maar het is niet realistisch. Een internationale collega die net een week in Nederland werkt spreekt de taal niet, zo simpel is dat. Daarbij komt dat portofoons geen standaarduitrusting van kranen zijn, zeker niet op kleinere bouwplaatsen.”
Vergelijking: verkeerslichten en verkeersregels
Het goede nieuws is dat daar dus al jaren een heel goede oplossing voor is: een universeel communicatiesysteem met gebaren. Pieter legt de relatie tussen deze ‘taal’ en andere middelen uit met een vergelijking. “Zie een druk kruispunt voor je waar de verkeerslichten het laten afweten. Ontzettend vervelend, want normaal gesproken vaar je daar blind op. Maar de verkeersregels gelden gelukkig nog steeds dus die kun je in zo’n situatie gewoon volgen, iedereen kent ze. Zo’n basis wil je ook hebben voor communicatie op de bouwplaats. En daarom pleit ik ervoor dat iedereen zijn kennis daarover opfrist en de gebaren weer paraat heeft. Dat geldt voor hijs- en hefgebaren én in andere riskante situaties. Want je wilt collega’s altijd kunnen wijzen op gevaar, ook bij herrie of bij taalbarrières. Dat kan goed met de gebaren van Bouwspraak. Het is ontzettend makkelijk te onthouden en uit te voeren. Dus waarom niet?”
Verandering lastig? Denk eens aan de dagstart
Pieter schat dat zo’n beetje een derde tot de helft van de ongelukken met een kraan te herleiden zijn tot communicatieproblemen. “Als je zo’n ongeluk hebt meegemaakt omdat de porto of camera het liet afweten, heb je wel oren naar die ‘ouderwetse’ gebaren. Maar ik hoop toch dat we niet allemaal eerst een ongeval moeten meemaken voor we die gebaren weer gebruiken. Ik weet het, verandering lijkt soms lastig. Maar denk eens aan de dagstart die nu op vrijwel iedere bouwplaats gangbaar is. Eerst leek dat overdreven, maar iedereen ziet er nu het nut van in. Zo werkt dat ook met hand- en armseinen.”
Zo pik je het (weer) op
Iedere rigger of aanpikker krijgt de gebaren mee in zijn of haar opleiding. Maar het raakt daar ondergesneeuwd door de andere communicatiemiddelen. Pieter vindt daarom dat het belang ervan meer benadrukt moet worden. “Daarnaast vind ik dat in iedere keet gewoon weer een poster met gebaren moet hangen en dat het een aandachtspunt moet zijn bij de dagstart. Het is zo’n kleine moeite met zo veel resultaat. Wat ook belangrijk is, is dat iemand op de bouwplaats zijn nek uitsteekt en het goede voorbeeld geeft. Jij kunt diegene zijn, als je dat eerste gevoel van ongemak opzij zet.”